Showdown is ontstaan in Canada.
Tijdens de Olympische
Spelen voor Gehandicapten in Arnhem (1980) is
de sport voor het eerst in Nederland geïntroduceerd. Het
uitgangspunt was een sport te ontwikkelen
voor visueel gehandicapten, maar ook zienden kunnen de sport
beoefenen.
Tijdens het spel is namelijk iedereen gelijk: men moet een
geblindeerde
bril dragen, zodat het zicht geheel wordt uitgeschakeld en men
geheel op het
gehoor is aangewezen.
Showdownis te vergelijken met tafeltennis, maar daarmee houdt de
vergelijking
eigenlijk op. Er wordt gespeeld op een tafel van 3,60 mtr lang en
1,25 mtr
breed met opstaande randen, waardoor hij een bak vormt. Op het
midden van de tafel is een dwarsplank geplaatst, waar niet over
maar onderdoor moet worden gespeeld. Aan de korte zijden, waar
ook de twee spelers staan, zijn doelgaten gesitueerd.Elke speler
moet proberen
de bal, gevuld met stalen kogeltjes met een langwerpig slagbat
naar de
tegenstander te slaan om zo een doelpunt te maken. Het is dus een
kwestie van aanvallen en verdedigen en dat kan zeer snel en
spectaculair
verlopen. Vanwege de concentratie op het geluid van de speelbal
wordt elke wedstrijd in een aparte ruimte gespeeld en een schoolgebouw met zijn klaslokalen is daarvoor een
uitermate geschikte lokatie.